dinsdag 31 mei 2011

Boos!


En toen was hij boos. En liep het huis uit.

Het begon allemaal zo simpel: hij had – naar eigen zeggen heel vriendelijk – gevraagd wanneer er eindelijk gegeten zou worden. En ja, hij wilde graag een programma op de televisie kijken. En dat begon dus toen er geroepen werd. En wat werd er geroepen? Corvee! Nou nog mooier: niet op tijd je eten krijgen en dan wél gevraagd worden om schoon te maken. Hij vond het belachelijk.

En tja, twee van die pissige volwassene voor je, dan is het eerste waar je aan denkt … ‘Hij vroeg of we allebei ongesteld waren, vandaag’. Olie op het vuur. Hij moest lachen om de boze gezichten. Dat werd weer vertaald in uitlachen. En met de woorden ‘flikker dan maar op’, dacht ie: ‘nou, dan kan ik dat programma afzien’. En hij ging.

Ouders in de stress; waren we dan toch te streng? Maar je in je gezicht uit laten lachen, dat kun je ook niet zomaar laten gebeuren. De – late – avondmaaltijd wordt in stilte genuttigd. Er wordt steeds gekeken naar de mobiele telefoon. Geen bericht. Geen telefoontje. Twee van die ouderfiguren die zich schuldig voelen, een puber die heel rustig zijn programma kijkt. Puberteit. Wereld van uitersten.